Zoals de traditie het wil, bestond de jury van twaalf personen bestaande uit wagenparkbeheerders, autojournalisten en leasingexperts van Alphabet. Bij een beslissende praktische test, lieten die juryleden hun notities achter. Die werden gecombineerd met TCO-scores en online stemmen van Alphabetklanten, om op die manier de laureaten van de prijs ‘Best in Class’ te bepalen. De wagen met de hoogste eindscore won bovendien de eerste prijs, die van ‘Lease Car of the Year’.

Categorie Business: Toyota Corolla

In de kleinste Business-categorie (Alphabet besliste dit jaar de Economy- en Business-categorie samen te voegen, nvdr) kruisten de Ford Focus en Mercedes-Benz A-Klasse de degens met de pas vernieuwde Toyota Corolla, een hybride buitenbeentje dat het enigszins verrassend tot de eindstrijd had geschopt.

Die nominatie had de Japanner vooral te danken aan de autojournalisten – ondergetekende incluis – die de wagen al eerder hadden kunnen rijden, en bijzonder onder de indruk waren geraakt van de geboekte progressie ten opzichte van de Auris.

De Corolla verscheen logischerwijze aan de start met zijn zelfopladende hybride aandrijflijn, bestaande uit een 1,8 liter-benzine en een ondersteunende elektromotor, terwijl Ford en Mercedes-Benz met hun respectievelijke 1 liter-EcoBoost en de nieuwe 1,3 liter-benzine voor gedownsizede turbomotoren kozen. En diesels? Die zijn in dit segment in geen velden of wegen meer te bespeuren…

Niet dat we de afwezigheid van koppelrijke zelfontbranders tijdens onze praktijktest als een gemis hebben ervaren. Vooral de Toyota ontpopte zich, met dank aan het elektrische duwtje bij het aanzetten, tot een verrassend kwieke middenklasser, op de voet gevolgd door de sprankelende 1 liter-driepitter die in het afgetrainde lijf van de Ford Focus huist.

Op vlak van grinta hinkte de Mercedes-Benz A-Klasse en zijn enigszins hol klinkende turbobenzine wat achterop, al wist de Duitser – die vooraf als grote favoriet getipt werd – wel veel goed te maken met zijn superieure interieurafwerking, de knap ogende digitale displays en hun intuïtieve bediening.

Het volstond echter niet om de zuinige (wij verstookten zo’n 5,4 liter per 100 kilometer) en tegelijkertijd amusante Corolla van een onverwachte Best in Class-titel te houden, een zege die de Belgische Toyota-invoerder allicht héél veel deugd zal doen…

Het podium

1. Toyota Corolla: 69,08
2. Mercedes-Benz A-Klasse: 64,86
3. Ford Focus: 60,03

Categorie Business+ : BMW 3-Reeks

Iets hogerop, in de Business+-categorie, mochten de BMW 3-Reeks, Peugeot 508 SW en Volvo V60 onder elkaar uitmaken wie de felbegeerde Best in Class-prijs in de wacht zou slepen. Om met gelijke wapens aan de start te komen, stelden de invoerders telkens een 2 liter-dieselmotorisatie ter beschikking, allen gecombineerd met een automatische versnellingsbak.

Dat BMW zich op het vlak van uitrusting enigszins had laten gaan, werd echter meteen duidelijk toen we de prijskaartjes onder ogen kregen: de inzending uit München moest – wegens 20.000 euro aan opties – maar liefst 51.000 duiten kosten, ruim 15.000 euro meer dan de nochtans ook behoorlijk aangeklede Franse en Zweedse concurrentie. Om aanspraak te kunnen maken op de overwinning binnen zijn klasse, kwam het er voor de Beemer dus op aan om zijn financiële handicap (die per definitie wordt ‘afgestraft’ in de TCO-scores, nvdr) te compenseren tijdens de praktijktest, bestaande uit een bochtig en slingerend parcours in de buurt van Jodoigne.

Geruggesteund door het gloednieuwe CLAR-platform dat komt overgewaaid uit de hogere segmenten, een vloeiend aandrijfgeheel en vooral een ijzersterk imago slaagde de BMW moeiteloos in dat opzet: de juryleden verkozen de BMW unaniem tot de leukst rijdende zakenberline.

Ook naar ons aanvoelen acteert de nieuwe 3-Reeks rijtechnisch op een heel ander niveau dan zijn voorganger, met een dynamische naturel die in dit segment bijna nergens anders terug te vinden is. Zeker niet bij Volvo, waar de V60 louter (maar ook succesvol) de kaart van het comfort trekt, en al evenmin bij Peugeot, waar de vlotte inborst van onze test-508 enigszins gefnuikt wordt door de wat minder vlot acterende EAT8-automaat.

Al bij al een ‘logische’ zege voor BMW dus, hoewel de niet eens zo ver achterop hinkende Volvo V60 – ondanks een gapende prijskloof – zich hier gerust de morele winnaar mocht noemen…

Het podium

1. BMW 3-Reeks: 72,52
2. Volvo V60: 68,14
3. Peugeot 508: 54,75

Categorie Executive: Audi A6

In het boomende segment van de compacte SUV’s wist zowaar geen enkele nieuwkomer door te stoten naar de play-offs, maar in de hoogste Executive-categorie was het aan de pas vernieuwde BMW X5 30d om de eer te komen redden.

De Duitse hoogpoter ging er de confrontatie aan met de Audi A6 45 TDI, een usual suspect in dit soort verkiezingen, en de Lexus ES, die zich – de Toyota Corolla van daarnet indachtig – plots opwierp als een te duchten tegenstander voor de gevestigde Duitse waarden.

De Japanner zag zijn winstkansen bovendien nog vergroot door zijn fiscaalvriendelijke (vanaf 100 g CO2/km) hybride aandrijflijn, daar waar beide concurrenten met een niet bijster fleetgerichte 3 liter-dieselmotor aan de start verschenen (fiscaalvriendelijke plug-in hybride varianten van beide modellen volgen later dit jaar, nvdr). Een onmiskenbare handicap… maar ook een troef, zo zou al snel blijken.

Je hoeft namelijk geen grote Audi- of BMW-aficionado te zijn om te erkennen dat de 3 liter-V6 TDI en de even grote zes-in-lijn uit Beieren twee mechanische parels zijn. Twee romige diesels die met overtuigende argumenten (lees: respectievelijk 500 en 560 Newtonmeter aan koppel) en relatief lage gebruikskosten over de brug komen, meer dan voldoende om tijdens de praktijktest de maat te nemen van de veel minder exuberante Lexus.

Nochtans hebben ook de Japanners duidelijk werk gemaakt van hun hybride aandrijflijn, getuige de grotere harmonie tussen de benzine- en de elektromotor en de veel minder zeurende e-cvt-transmissie.

Veel juryleden hadden het daarentegen niet begrepen op de warrige en nodeloos complexe bediening van Lexus’ infotainmentsysteem, een kritiek die we onlangs ook al uitten in onze test van de nieuwe UX.

De eindstrijd in de Executive-categorie werd uiteindelijk beslecht in het voordeel van de A6, die genoeg had aan een lager Voordeel Alle Aard, betere emissiecijfers en een interessantere TCO om zijn lagere score in de praktijktest – hoofdzakelijk te wijten aan de weifelende automatische versnellingsbak – uit te gommen.

Het podium

1. Audi A6: 68,61
2. BMW X5: 64,53
3. Lexus ES: 61,55

En de Lease Car of the Year 2019 is …

Nadat we alle 12 de genomineerde wagens een hele dag op de rooster hadden gelegd en onze punten hadden ingediend, kon het speculeren beginnen.

De fijnbesnaarde BMW 3-Reeks had duidelijk een diepe indruk nagelaten op de meeste juryleden, maar of dat ook volstond om de nog wat luxueuzer aangeklede Audi A6 van de eindzege te houden? En wat dan te denken van de Toyota Corolla, die zijn wiel met sprekend gemak voor dat van de Mercedes-Benz A-Klasse wist te gooien?

Na veel theorieën, de ene al wat realistischer dan de andere, kwam juryvoorzitter Marc Van den Bergh met het verlossende resultaat. Twee jaar na de 5-Reeks is het opnieuw BMW dat de champagnekurken mag laten knallen, met een score van 72,5 procent deed de nieuwe 3-Reeks.

De berline uit München doet daarmee ruim 2,5 procent beter dan de verrassende tweede in de eindstand: de dekselse Toyota Corolla, die in de algemene eindstand doorwinterde fleetmodellen als de Audi A6 en Volvo V60 het nakijken gaf.